Onder welke wet is de Christen?

Als we naar de Bijbel kijken zien we twee verbonden, twee testamenten, twee bedelingen.
In het geloof is het belangrijk om een goed onderscheid te maken tussen deze twee.

Een eerste tekst.

Hebr. 9: 15- 18

15 En daarom is Hij de middelaar van een nieuw verbond, opdat, nu Hij de dood had ondergaan, om te bevrijden van de overtredingen onder het eerste verbond, de geroepenen de belofte der eeuwige erfenis ontvangen zouden.
16 Want waar een testament is, moet noodzakelijk van de dood van de erflater melding gemaakt worden;
17 een testament toch wordt alleen van kracht, indien er iemand gestorven is, daar het nog geen gevolg heeft, zolang de erflater leeft.
18 Daarom is ook het eerste verbond niet zonder bloed ingewijd.


Er wordt in deze tekst gesproken over een nieuw verbond en over een eerste verbond.
Dit laat ons iets heel belangrijks zien!!!!!
In de Bijbel is sprake van het eerste verbond, het verbond van Mozes, en het tweede verbond, het verbond van Christus.

Het woord verbond is een woord wat ook vertaald mag worden met testament.

En zo gaan we verder nadenken over deze tekst.

En daarom is Hij de middelaar van een nieuw verbond.

Christus is de middelaar van een nieuw verbond.
Dit staat in deze tekst in contrast met het eerste verbond.
Dit eerste verbond is het verbond via Mozes.

Mozes sprak ook al de volgende woorden.

Deu 18: 17 Toen zeide de Here tot mij: Het is goed, wat zij gesproken hebben;
Deu 18: 18 een profeet zal Ik hun verwekken uit het midden van hun broederen, zoals gij zijt; Ik zal mijn woorden in zijn mond leggen, en hij zal alles tot hen zeggen, wat Ik hem gebied.
Deu 18: 19 De man, die niet luistert naar de woorden welke hij in mijn naam spreken zal, van die zal Ik rekenschap vragen.

Deze tekst laat ons zien dat Mozes al sprak over de tijd van Christus.
En wat zegt Mozes? 1) Een profeet zal ik hun verwekken uit het midden van hun broederen, 2) Ik zal Mijn woorden in zijn mond leggen. 3) die niet luistert naar de woorden welke hij in mijn naam spreken zal, van die zal ik rekenschap vragen.

Dit is een profetie over Christus. (Johannes 5: 46)

Mozes was de middelaar van het eerste verbond en Christus is de middelaar van het tweede verbond.
En Mozes profeteerde al dat de Christus zou komen, en naar Hem zouden ze moeten gaan luisteren.

Specifiek:
Neem voor jezelf mee dat er hier alleen nog maar aan het huis van Israel wordt gesproken.

Want waar een testament is, moet noodzakelijk van de dood van de erflater melding gemaakt worden. Een testament toch wordt alleen van kracht, indien er iemand gestorven is, daar het nog geen gevolg heeft, zolang de erflater leeft.

Vanuit een menselijk standpunt weten we dat een testament pas van kracht word als de erflater gestorven is.

En zo is het ook met Christus.
Het tweede verbond, nieuwe verbond, is pas van kracht geworden op het moment dat Christus is gestorven.

Zo lezen we van Christus, na Zijn opstanding, dat Hem alle macht gegeven is, in hemel en op aarde.

Vergelijk ook:

  • Gal. 4: 4- 5

Een tweede tekst.

Waar onze eerste tekst in hoofdzaak spreekt over het veranderen van het priesterschap, is er een directe koppeling met het veranderen van de wet.

Hebr. 7: 11- 12

11 Indien nu het Levitische priesterschap het volmaakte gebracht had (immers, daaronder heeft het volk de wet ontvangen), waarom was het dan nog nodig, dat een andere priester naar de ordening van Melchisedek opstond, van wie niet gezegd werd, dat hij naar de ordening van Aaron is?
12 Want uit een verandering van priesterschap volgt noodzakelijk ook een verandering van wet.

In deze tekst lezen zien we belangrijke zaken:

  • Het Levitische priesterschap heeft het volmaakte offer niet heeft kunnen brengen.
  • Onder dat priesterschap is de wet ontvangen.
  • Een andere priester is opgestaan naar de orde van Melchisedek.
  • Waar dan een verandering van priesterschap is is ook een verandering van wet.

Dus, toen Christus is gestorven is het tweede verbond van kracht geworden.

Een derde tekst.

Johannes 1: 16, 17

16 Immers uit zijn volheid hebben wij allen ontvangen zelfs genade op genade;
17 want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus gekomen.

Als we luisteren naar Johannes, dan verteld hij ons dat Mozes de wet heeft gegeven.
Maar we horen ook een andere stem van Johannes die ons verteld dat we door Christus genade en waarheid hebben ontvangen.

Dat is dan ook het cruciale verschil tussen Mozes en Christus. Wat Mozes heeft gebracht kon alleen maar een vloek brengen. Het enige wat de wet kon doen is mensen veroordelen.

  • Rom. 3: 19- 25
  • Gal. 2: 16; 3: 10- 14

Wij leven nu niet meer in een tijd van de wet, maar in een tijd van genade en waarheid.
De genade en waarheid zijn verschenen.

Tit 2: 11 Want de genade Gods is verschenen, heilbrengend voor alle mensen,
Tit 2: 12 om ons op te voeden, zodat wij, de goddeloosheid en wereldse begeerten verzakende, bezadigd, rechtvaardig en godvruchtig in deze wereld leven,
Tit 2: 13 verwachtende de zalige hoop en de verschijning der heerlijkheid van onze grote God en Heiland, Christus Jezus,
Tit 2: 14 die Zich voor ons heeft gegeven om ons vrij te maken van alle ongerechtigheid, en voor Zich te reinigen een eigen volk, volijverig in goede werken.

Een vierde tekst.

Matt. 28: 18- 20

18 En Jezus trad naderbij en sprak tot hen, zeggende: Mij is gegeven alle macht in de hemel en op de aarde.
19 Gaat dan henen, maakt al de volken tot mijn discipelen en doopt hen in de naam des Vaders en des Zoons en des Heiligen Geestes en leert hen onderhouden al wat Ik u bevolen heb.
20 En zie, Ik ben met u al de dagen tot aan de voleinding der wereld.

Toen Christus, na verlossing tot stand gebracht te hebben, de wereld ging verlaten liet hij Zijn discipelen weten dat Hij alle macht had gekregen.
Christus was nu koning over het koninkrijk.

  • Fill. 2: 9- 11
  • Koll. 1: 13, 14
  • 1 Petrus 3: 22

Een verbond kan geen twee koningen hebben. Zo heeft het tweede verbond één koning en dat is Christus.
Romeinen 7 vers 1- 6 laat ons zien dat om de wet van Christus te houden en de wet van Mozes dat we dan geestelijk overspel plegen.

Verder lezen we ook dat degene die de wet willen houden, alles moeten volbrengen. (Gal. 5: 4, 5) Degene die het van de wet verwachten zijn van de genade gevallen.

Een vijfde tekst.

Naar deze tekst hebben we in ons vorige punt gerefereerd.
Dit is een heel belangrijk principe.

Rom 7: 1 Of weet gij niet, broeders, (ik spreek immers tot wie de wet kennen) dat de wet heerschappij voert over de mens, zolang hij leeft?
Rom 7: 2 Want de gehuwde vrouw is door de wet aan haar man gebonden, zolang deze leeft; wanneer echter de man sterft, is zij ontslagen van de wet, die haar aan die man bond.
Rom 7: 3 Zo zal zij dan, indien zij bij het leven van haar man een ander tot man neemt, echtbreekster heten; wanneer echter de man sterft, is zij vrij van de wet, zodat zij geen echtbreekster is, indien zij zich aan een andere man geeft.
Rom 7: 4 Bijgevolg, mijn broeders, zijt ook gij dood voor de wet door het lichaam van Christus om het eigendom te worden van een ander, van Hem, die uit de doden opgewekt is, opdat wij Gode vrucht zouden dragen.
Rom 7: 5 Want toen wij in het vlees waren, werkten de zondige hartstochten, die door de wet geprikkeld worden, in onze leden, om voor de dood vrucht te dragen;
Rom 7: 6 maar thans zijn wij van de wet ontslagen, dood voor haar, die ons gevangen hield, zodat wij dienen in de nieuwe staat des Geestes en niet in de oude staat der letter.

Twee belangrijke punten.

Bijgevolg, mijn broeders, zijt ook gij dood voor de wet door het lichaam van Christus om het eigendom te worden van een ander, van Hem, die uit de doden opgewekt is, opdat wij Gode vrucht zouden dragen.

Hier lezen we dat de Christenen dood waren voor de wet, de wet van Mozes.

En om zo het eigendom te worden van een ander, van Christus, van Hem die uit de doden is opgewekt.

Dit is wat het nieuwe Testament ons leert.
Als we in Christus zijn, zijn we niet meer onder de wet.

Eigendom geworden van Christus.

Maar thans zijn wij van de wet ontslagen, dood voor haar, die ons gevangen hield, zodat wij dienen in de nieuwe staat des Geestes en niet in de oude staat der letter.

Ja, en zo lezen we hier, dat Christenen dood voor de wet zijn, zodat wij zouden dienen in de nieuwe staat van de Geest.

En daarin zien we de waarheid van het nieuwe verbond.
Daar leven wij onder, niet meer onder de wet.

Een zesde tekst.

1 Korinthe 9: 19- 21

1 Co 9: 19 Want hoewel ik vrij sta tegenover allen, heb ik mij allen dienstbaar gemaakt, om er zoveel mogelijk te winnen;
1 Co 9: 20 en ik ben voor de Joden geworden als een Jood, om Joden te winnen; hun, die onder de wet staan, als onder de wet (hoewel persoonlijk niet onder de wet) om hen, die onder de wet staan, te winnen;
1 Co 9: 21 hun, die zonder wet zijn, ben ik geworden als zonder wet (hoewel niet zonder de wet van God, want ik sta onder de wet van Christus) om hen, die zonder wet zijn, te winnen.

In deze tekst zien we dat Paulus onder de wet van Christus was.
Hij was niet meer onder de wet van Mozes, maar onder de wet van Christus.

Belangrijk is hier ook dat Paulus heel duidelijk spreekt over hen die onder de wet van Mozes staan, de Joden, en hen die zonder wet van Mozes zijn, de Heidenen.

Dus, de onbekeerde Jood staat nog onder de wet, de onbekeerde heiden staat niet onder de wet van Mozes.
Maar Christenen staan onder de wet van Christus.

Copyright © 2019 Gert-Jan van Zanten · Webdesign by BinR
All Rights Reserved · webbijbel.nl
Hosted by VDX

 

Naar boven